vrije kunsten 1.0
de zeven kundigheden die volgens het middeleeuwse opvoedingsideaal een vrij man sierden,
te weten grammatica, retorica, dialectica, aritmetica, geometrie, astronomie en muziek
Algemene voorbeelden
Bouwkunst, schilderkunst en beeldhouwkunst werden in de Renaissance voor het eerst als vrije kunsten gezien in plaats van een soort ambachtelijk handwerk.
Deze regels werden ontleend aan de retorica, de leer van de welsprekendheid, een van de zeven vrije kunsten.